Prediking 21 Juni
[soundcloud id=’211300985′]
Prediker 3 vers. 1-15
Alles heeft zijn tijd en beloop
1 Voor alles is er een vastgestelde tijd,
en er is een tijd voor elk voornemen onder de hemel.
2 Er is een tijd om geboren te worden
en een tijd om te sterven;
een tijd om te planten
en een tijd om het geplante uit te trekken;
3 een tijd om te doden
en een tijd om te genezen,
een tijd om af te breken
en een tijd om op te bouwen;
4 een tijd om te huilen
en een tijd om te lachen,
een tijd om rouw te bedrijven
en een tijd om te huppelen;
5 een tijd om stenen weg te werpen
en een tijd om stenen te verzamelen,
een tijd om te omhelzen
en een tijd om zich ver te houden van omhelzen;
6 een tijd om te zoeken
en een tijd om verloren te laten gaan,
een tijd om te bewaren
en een tijd om weg te werpen;
7 een tijd om stuk te scheuren
en een tijd om dicht te naaien,
een tijd om te zwijgen
en een tijd om te spreken;
8 een tijd om lief te hebben
en een tijd om te haten,
een tijd van oorlog
en een tijd van vrede.
9 Welk voordeel heeft hij die werkt, van datgene waarvoor hij zwoegt?
10 Ik heb gezien welke bezigheid God de mensenkinderen gegeven heeft om zich daarmee te vermoeien.
11 Hij heeft alles op zijn tijd mooi gemaakt. Ook heeft Hij de eeuw in hun hart gelegd, zonder dat de mens het werk dat God gedaan heeft, van het begin tot het eind kan doorgronden.
12 Ik heb gemerkt dat er voor hen niets beter is dan zich te verblijden en het goede te doen in hun leven,
13 ja ook, dat ieder mens eet en drinkt en het goede geniet van al zijn zwoegen. Dat is een gave van God.
14 Ik weet dat alles wat God doet, voor eeuwig blijft; niets is eraan toe te voegen, niets ervan af te doen, en God doet het opdat men vreest voor Zijn aangezicht.
15 Wat er is, was er al,
en wat er zijn zal, is er al geweest.
God zoekt wat voorbijgegaan is.